We zijn alweer vroeg uit de veren, en tegen den achten zitten we aan de ontbijttafel met zicht op de prachtige bergen. Zeer rustgevend. Het is deels bewolkt, maar zolang het niet regent zijn we blij. We smullen onze buikjes vol, en tegen de negenen zijn we op route. Na een kleine 30 minuten rijden nemen we de Nassfeldpas en als we boven komen zijn we in Italië. Dat voel je ook aan de wegen die in veel slechtere staat zijn. Hier is geen kat, het is een skigebied, en alles is hier gesloten. Beneden in het dal zijn we in Pontebba, en hier krioelt het van de fietsers. Ondertussen schijnt het zonnetje volop, en begint het warm te worden.

Via mooie bergpassen in Dogna en Sella Nevea gaat het richting de grens met Slovenië. Direct als we grens oversteken, zitten we in een nationaal park, het Trivalgskipark wat zeer mooi is qua natuur en bergen. Je hebt hier mooie vergezichten. Op aanraden van Michele, de instructrice bij motoropleiding Dirk, nemen we ook de Mangartpas, die is doodlopend, maar de weg naar de top is adembenemend, en als je boven staat weet je niet waar eerst kijken. Het uitzicht dat je hier hebt, is gewoon fenomenaal. De bergen hebben iets statig. Na dit intermezzo, ondertussen is het al middag, rijden we weer naar beneden. We zijn nog niks tegengekomen om te drinken, maar in het dal beneden is er iets, waar veel moto’s staan, dus zetten we ons erbij. Je kan hier spijtig genoeg enkel warm eten, dus doen we dat maar.

In Slovenië is het mooi rijden, er zijn zeer mooie bergpassen, enkel spijtig dat er zo veel verkeer op zit. We passeren Soca, en in Bovec houden we halt aan de Russische kapel. Ik had iets groot verwacht, maar nee het is een zeer kleine kapel, wel mooi. Van hieruit rijden we richting Bled, maar dat hadden we beter niet gedaan, het is file rijden om Bled binnen te rijden, en parkeerplaats is er niet te vinden. Het zit hier overvol. Niks voor ons. Op een busstrook houden we even halt voor een foto van de kerk in het meer en het kasteel op de bergwand, en dan wegwezen. Dit doet ons te veel denken aan België, veel te druk. We nemen een klein stukje autostrade richting Ljubljana, ook alweer veel verkeer.

Na een klein stukje autostrade gaan we er alweer af, en gaan we binnendoor verder. Ook hier veel verkeer, veel vrachtwagens ook. We rijden door een landschap van akkers en weilanden afgewisseld met kleine dorpjes. Ook hier komen we niks tegen om te drinken, gelukkig hebben ze zelf water mee. Het laatste half uur is het wel rustig rijden, we rijden eigenlijk zo goed als alleen, tussen de velden met op de achtergrond de rijzige bergen. Het is rustgevend. Tegen halfzes komen we toe in Vransko, we logeren in een sporthotel, gelegen vlakbij de autostrade. We worden hier zeer vriendelijk ontvangen. De kamer is mooi en proper, en ook het restaurant is een aanrader. Ze zijn hier zeer vriendelijk. Aangezien we deze middag ook al warm hebben gegeten, kiezen we nu voor iets klein, een risotto en een ravioli, met een lekker fris getapt lokaal biertje. Tegen den tienen vallen onze oogjes alweer dicht, slaapwel.

Je kan misschien ook genieten van:

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *