Om 5u loopt de wekker af, mannekens dat is veel te vroeg, maar het moet, we moeten vandaag veel kilometers rijden zodat we morgen op ons gemak zijn. De auto was al volgeladen van gisteren en de moto staat ook al op de remorque. We springen uit ons bed, in onze kleren, en we zijn weg. Zo vroeg op de baan is het nog rustig, geen file op de Brusselse ring, hier in België mogen we nog 120km per uur rijden, in Duitsland maar 80 km per uur. Tegen half acht steken we de grens met Duitsland over, en het gaat nog steeds vlotjes. Bij onze eerste koffiestop komen we al bendeleden tegen die met de moto naar Oostenrijk gaan. Ook daarna op de baan, komen we af en toe zwaaiende vrienden tegen. Dat is het leuke aan de septemberreis, iedereen kent iedereen, en iedereen is vriendelijk.
Af en toe is het wel gevaarlijk op de baan, tussen de camions, die zich niet aan de snelheidslimiet houden, en als we tegen grote steden komen zoals Stuttgart en München rijden we in de file.
Tegen de zevenen komen we aan in Rosenheim, tijd op een slaapplaats te zoeken. We hebben namelijk niks geboekt, we zien wel. Het eerste pension dat we tegen komen, houden we halt, en we hebben geluk, er is nog plaats. We verorberen een schnitzel en een fris getapte pint. We kruipen vroeg onder de wol, we zijn moe van een ganse dag in de auto te zitten. Morgen zijn we op bestemming.
Vandaag heb ik geen foto’s genomen, het regende, en op de autostrade valt er niet veel te zien.